Trainingsacteur

Print

Print

 Als spelen leren is speel dan veel

Oefengesprek
Veel deelnemers in een training beginnen zenuwachtig in de tas te rommelen bij het woord rollenspel. Daarom spreek ik liever van oefengesprekken. Als trainingsacteur* maak ik gebruik van deze oefengesprekken. Voornamelijk in trainingen waarbij communicatie én gedrag een rol spelen.

Gedragsleverancier
Om dezelfde reden waarom ik het woord rollenspel liever niet gebruik stel ik mezelf in een training meestal voor als gedragsleverancier en laat ik het woord trainingsacteur achterwege. Ik lever gedrag zoals: boos, stil, bang, dominant, verdrietig, verward, dwingend of te aardig en de deelnemer en/of de trainer mag bestellen hoeveel hij hiervan wil hebben. Bijvoorbeeld: loeiend kwaad of licht geïrriteerd. Gedrag roept gedrag op, dus als de deelnemer ander gedrag laat zien, doe ik dat ook.

Wat je kunt laten ervaren moet je niet uitleggen
In een ver verleden heb ik met oefengesprekken gewerkt waar er nadat het gesprek was vastgelopen er geen herkansing mogelijk was. De deelnemer kreeg na het oefengesprek van alle observanten een emmer vol met tops en vooral veel uiteenlopende goedbedoelde tips.  De kans is groot dat de deelnemer al deze tips niet in de praktijk gaat uitproberen maar met een  “ik kan het dus niet” ervaring blijft zitten.
Terug naar een moment dat een deelnemer vastloopt in een gesprek. Een voorbeeld: ik, in de rol van moeder, word zeer boos omdat mijn dochter moet afstromen van vwo naar havo. Laten we nu wel herkansen met één concrete tip. Nu kan de deelnemer ervaren dat, als hij de tip in praktijk brengt, de moeder helemaal niet boos weg hoeft te lopen maar in gesprek blijft omdat ze zich – bijvoorbeeld – begrepen voelt. De deelnemer gaat met een “ik kan het” succeservaring naar huis en de kans is groot dat hij de tip daadwerkelijk in de praktijk gaat uitproberen.

“You never know what effect you’re having on other people, until they tell you” – Susan Boyle

Spelen is leren
Op zoek naar een passende werkvorm zet ik tijdens de voorbereiding van een training graag mijn werkvormenkoffer open.
Naast het simulatiespel zijn er nog veel andere – speelse – werkvormen.
“Als spelen leren is, speel dan veel” is mijn motto.
Spelen geeft plezier, verhoogt de betrokkenheid en daardoor het gevoel van veiligheid. En dit laatste is een voorwaarde om te kunnen leren.

Tijdens een mentoraattraining waren de cursisten huiverig om voor de groep een simulatie te moeten doen. Wat was wijsheid? De trainer stond open voor een suggestie en ik stelde de ‘doe het eens lekker fout’-werkvorm voor. In groepjes inventariseerden de cursisten wat je nooit tegen ouders zou mogen of moeten zeggen. Niet netjes doen tegen die altijd zeurende ouders, maar je hart luchten. Dat was lachen, hoe groter hoe beter. Niemand kon iets fout doen. Daarna maakten we een lijst met wat er allemaal ‘fout’ ging en spiegelden we die lijst. Zo kregen we de ingrediënten voor een prettig oudergesprek. We hebben met elkaar gespeeld en gelachen. Het was nog maar een kleine stap naar het oefenen van een ‘goed’ oudergesprek.

* De meeste bezoekers van mijn website zijn trainers en weten wat het werk van een trainingsacteur inhoudt. Anders kun je spieken op Wikipedia.